Hoe vaak mag je baby in bad? Veel ouders stellen zich deze vraag, zeker tijdens de eerste weken. Een warm badje lijkt vaak een fijn moment om te ontspannen, maar is dagelijks baden eigenlijk wel goed voor je kindje? We geven ook enkele tips mee, die je misschien zelfs bij een tweede kindje nog kunnen verrassen.
Je wast je kindje best niet elke dag, dat hadden ze mij in het ziekenhuis al verteld. Maar om de twee dagen is ook te veel, zo merkte ik na een tijdje, toen de huid van mijn dochtertje wat droger begon aan te voelen. Eén tot twee keer per week is een goeie richtlijn.
In de praktijk doen ouders hun kindjes vaker in bad. Omdat het deel is van het avondritueel, omdat de kindjes er rustig van worden, omdat het de krampjes van de eerste weken helpt verminderen, enz. Maar je beperkt je badmomentjes dus best een beetje. Wat wel dagelijks gewassen moet worden, zijn de handen en de billetjes. De rest van dat babylijfje wassen, volstaat dus om de drie, vier of vijf dagen.
Als je kleintje in bad gaat, beperk dat dan tot een 10-tal minuutjes, om te vermijden dat de huid van je kleintje uitdroogt. Vermijd ook badschuim of badzout, want die doen meer kwaad dan goed voor de natuurlijke en broodnodige vetlaag op de huid.

Enkele praktische tips voor een ‘spetterend’ badmomentje:
1. Let erop dat het water niet te warm is. Een heet bad na een lastige dag op het werk kan voor ons heerlijk ontspannend werken, maar voor zo’n kleintje is het al snel te warm, en die kan dat ook zelf niet aangeven wanneer dat het geval is. Door je elleboog even in het water te stoppen voel je al snel of het water niet te warm is. Maar wie graag zeker is: met een badthermometer kan je niet missen. Maximum 37 graden is daar een goeie richting. De badthermometer van Nûby is een aanrader, want die kan je ook gebruiken als thermometer in de slaapkamer van je kindje.
2. Zorg dat het aangenaam warm is in je badkamer. 22 tot 23 graden Celsius is ideaal. Hoe zijn we zelf: niets vervelender dan uit een warme douche of bad te komen, en meteen te rillen van de kou. Je kindje heeft net hetzelfde. Een leuke tip kan zijn om handdoeken of tetradoeken even vooraf te verwarmen, dan vermijd je het pruillipje tijdens het afdrogen helemaal.
3. Een badje dat verwerkt zit in een wastafel is echt ideaal voor de eerste maanden. Vooral je rug zal je dankbaar zijn dat je op comfortabele hoogte kan werken. Een badzitje/badinzetje is daarbij een must: op die manier heb je je twee handen vrij om je baby in te zepen of de handdoek klaar te leggen. Met twee handen vrij bedoel ik: om in de onmiddelijke omgeving iets uit te halen of klaar te zetten. Laat je kindje nooit alleen in bad. Ook geen half minuutje...
4. Van zodra je baby zelfstandig kan zitten, kan je het badmomentje verhuizen naar het grote bad. Je merkt al snel wanneer dat is: als je kindje begint te plonsen in het kleine badje en het water langs alle kanten over de rand begint te lopen, is het tijd voor ‘damage control’ in het groot bad. Een aanrader op dat moment zijn kleurrijke antislipstickers op de bodem van het bad. Dat scheelt alweer een kopje onder of twee.

5. Zorg voor wat plezier in bad, dat maakt het badmomentje extra aangenaam. Leuke tips zijn dan de badspeelgoed letters en cijfers van Nûby. Kleurrijk en zacht, dus je kindje zal er al vrij snel interesse in hebben. En ze gaan enkele jaren mee, tot wanneer je kleintje als kleuter letters en cijfers leert kennen. De drijvende octopus is hier een hitje, ideaal om je kleintje mee af te leiden als het tijd is om in te zepen of shampoo uit te spoelen.

6. Die shampoo uitspoelen is nog tricky. Je wil uiteraard vermijden dat je kindje panikeert omdat er te veel water over zijn gezichtje stroomt. Een baby blijft nog min of meer plat liggen, maar eens je kindje recht zit, wordt het een almaar grotere uitdaging om dat gezichtje te vermijden en de shampoo er tegelijk voldoende uit te spoelen. Met het kannetje van Nûby heb je altijd een handige tool bij de hand, die ook dankzij de zachte rand wat helpt om het gezichtje zoveel mogelijk te vrijwaren.

7. Een evidentie misschien, maar kies enkel voor producten specifiek voor baby’s. Die zorgen voor schuim, ideaal dus om echt in te kunnen zepen, maar tegelijk prikt dat schuim niet in de ogen. Echt een must als je schrik voor het wassen wil vermijden, of toch op zijn minst zoveel mogelijk wil beperken.
8. Als je kindje last heeft van een droge huid: een keertje mee met mama of papa in de douche kan de oplossing brengen. Dat is minder belastend voor de huid omdat de huid op die manier niet ‘weekt’ in het water. Hier thuis volstaat één of twee keer per week in bad soms niet. Dochterlief begint zelf te eten en naar het einde toe -ook al liep het tot dan vrij vlekkeloos- moet die lepel altijd een keer door dat haar gestreken worden.
Als je je kindje meeneemt in de douche, zorg dan dat je ten allen tijde een arm of been stevig beet hebt. Zo’n babylijfje wordt echt wel glibberig.
9. Heb je nog moedermelk in de diepvries zitten? Giet een beetje moedermelk in het badje, net genoeg tot het water wat troebel lijkt. Niet te veel, het is uiteraard de bedoeling dat de baby properder uit het badje komt dan ervoor, en niet omgekeerd. De moedermelk helpt tegen droge huid, en volgens sommige mama’s zelfs tegen huidaandoeningen zoals eczeem.
Hetzelfde kan bijvoorbeeld door in een washandje een lepel havermout te doen, en dat in je badwater te laten weken. En deze tip kreeg ik van de vroedvrouw en hebben we hier zelf ook uitgeprobeerd: een stevige portie natuurlijk ‘stijfsel’ aan je water toevoegen. In stijfsel zitten rijstderivaten, en die zijn goed voor een droge huid. En zeg nu zelf, voor veel andere dingen gebruiken we dat stijfsel niet meer, he. Strijken? Wie heeft daar nog tijd voor tegenwoordig…
Dit artikel las je eerst bij Mamabaas.